Voorwaarden voor beperking vrij verkeer van Unieburger met 1F verleden
03/05/2018
In het arrest K. en H.F. overweegt het Hof van Justitie dat het vrij verkeer en verblijf van (een familielid van) een Unieburger, aan wie in het verleden art. 1F is tegengeworpen, niet zonder individuele beoordeling kan worden beperkt. De gastlidstaat moet de bedreiging die het gedrag van de betrokkene vormt voor een fundamenteel belang van de samenleving afwegen tegen de bescherming van de rechten van Unieburgers en hun gezinsleden. Daarbij spelen onder meer de aard en ernst van de verweten misdrijven en het tijdsverloop sindsdien een rol.