JV 2024 aflevering 1
22/01/2024
In aflevering 1 zijn 15 uitspraken en 5 noten verschenen. Noot Mark Klaassen en Gerrie Lodder bij een arrest van het EHRM over de verenigbaarheid met artikel 8 EVRM van het stellen van materiële voorwaarden voor gezinshereniging aan referenten met internationale bescherming. Het Hof biedt voor het eerst duidelijke criteria voor de belangenafweging die in het kader van de vraag of er een positieve verplichting tot toelating bestaat moet worden gemaakt. Zij vergelijken de benadering van het Hof met de rechtspraak van het HvJEU en gaan in op de relevantie van de uitspraak voor het Nederlandse vreemdelingenrecht.
Noot Marcelle Reneman bij het arrest van het EHRM over de schending van art. 3 EVRM door Nederland wegens de uitzetting van Al-Showaikh naar Bahrein. Het gaat om een procedurele schending. Het Hof laat zich niet uit over de vraag of het voor Nederland voorzienbaar was dat Al-Showaikh in Bahrein marteling en/of onmenselijke behandeling of bestraffing te wachten stond. Vele personen en instanties dragen een deel van de verantwoordelijkheid, zoals IND, de rechtbank, de rechtsbijstandsverleners en de DT&V. In de noot wordt o.m. ingegaan op de rol van de verschillende ketenpartners. Bram van Melle bij een uitspraak van de Afdeling die een welkome duiding over de aard en omvang van de zorgplicht voor erkend referenten geeft. Hij bespreekt de juridische inbedding van de zorgplicht en geeft een voorzichtige vooruitblik wat na deze uitspraak de mogelijkheden zijn. Ellen Nissen bij een uitspraak van de Afdeling over intrekking afgeleid verblijfsrecht minderjarige kind waarin volgens haar drie elementen opvallen; de toetsingsmaatstaf die de Afdeling hanteert bij de toetsing aan artikel 8 EVRM, de omgang met de ingebrachte best interests of the child (BIC) rapportage, en de overwegingen met betrekking tot het eigenstandig recht op privéleven van kinderen zoals neergelegd in artikel 8 EVRM.
Tenslotte een noot van Sjoerd Thelosen bij een uitspraak van de Afdeling over een zaak van een bewaringsmaatregel die tijdens de uitreiking ervan niet was ondertekend, omdat de ambtenaar zich had vergist. Bij de toets door de rechter speelt niet alleen de ernst van het gebrek een rol, maar ook de belangen die als een gevolg daarvan zijn geschonden. De Afdeling past dit trouw aan het toetsingskader toe, maar niet duidelijk consistent met eerdere rechtspraak aldus de notenschrijver.