JV 2025 aflevering 3
18/02/2025
In aflevering 3 van Jurisprudentie Vreemdelingenrecht zijn 15 uitspraken en 4 noten verschenen: Noot Carolus Grütters bij de uitspraak Kaduna en Abkez van de Grote Kamer van het HvJEU over de beëindiging van de tijdelijke bescherming van derdelanders uit Oekraïne. Het Hof stelt de personele reikwijdte van de Tijdelijke Beschermingsrichtlijn vast: wie valt er onder en voor hoe lang. In de tweede plaats verduidelijkt het Hof wat de verplichtingen zijn van een lidstaat als die besluit om aan andere personen bescherming te bieden dan waartoe een lidstaat strikt genomen volgens de richtlijn verplicht is. En in de derde plaats preciseert het Hof op welk tijdstip een terugkeerbesluit genomen kan worden, en wanneer nog niet. Noot Aniel Pahladsingh bij een uitspraak van de Afdeling. In deze uitspraak verduidelijkt de Afdeling de rol van bestuursrechter omtrent de Bahaddar toets. Kort gezegd houdt deze Bahdadar beoordeling in of een nationale procedureregel wegens bijzondere omstandigheden opzij moet worden gezet zoals het geval is bij het non refoulement verbod. Volgens de Afdeling is daar een zelfstandige toets van de bestuursrechter voor nodig, die losstaat van het besluit van de IND. Noot Eva Berger bij een uitspraak van VK Arnhem over leeftijdsregistratie in Dublinzaken. De rechtbank gaat in op het nieuwe beoordelingskader dat volgt uit de jurisprudentie van de Afdeling waarbij de minister de leeftijdsregistratie wel bij haar beoordeling mag betrekken, maar eerst moet nagaan hoe de registratie in de andere lidstaat tot stand is gekomen en concludeert dat er sprake is van een motiveringsgebrek in de besluitvorming. Berger vergelijkt de uitspraak met andere rechtbank uitspraken sinds deze nieuwe lijn. Tenslotte een noot van Carolus Grütters bij de eerste uitspraak van de rechtbank Den Haag na herinvoering van de binnengrenscontroles. Grütters bespreekt de arresten Arib en ADDE en trekt de volgende conclusies: 1) de controles aan de binnengrens mogen niet als controles aan de buitengrens worden bestempeld; 2) in de buurt van de binnengrens staande gehouden vreemdelingen bevinden zich al op het grondgebied van het Schengengebied en kunnen dus de toegang niet worden geweigerd; 3) Deze vreemdelingen die niet voldoen aan de toegangscriteria uit de Schengengrenscode verblijven illegaal op het grondgebied en, moeten nog steeds volgens de terugkeer-procedure worden behandeld; 4) Als die vreemdeling te kennen geeft dat hij asiel wil aanvragen, dient hij/zij zo spoedig mogelijk naar het aanmeldcentrum in Ter Apel worden verwezen dan wel gebracht, en niet naar een cel in een detentiecentrum.