Tijdelijke bescherming derdelanders met tijdelijke vergunning in Oekraïne eindigt op 24 maart 2024
17/01/2024
De Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State heeft op 17 januari een uitspraak gedaan over de tijdelijke bescherming van derdelanders die een tijdelijke verblijfsvergunning in Oekraïne hadden en die zich voor 19 juli 2022 in Nederland hebben ingeschreven in de BRP. De rechtbank Den Haag zp Rotterdam, ve23001848, oordeelde eerder in augustus dat de Staatsecretaris van Justitie en Veiligheid deze bescherming kon beëindigen op 4 september 2023. Zittingsplaatsen hebben hier uiteenlopend over geoordeeld. Op 1 september heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling (ve23001954) bepaalt dat de bescherming niet zou eindigen tot zij een uitspraak op het hoger beroep zou hebben gedaan. De Afdeling oordeelt nu in hoger beroep dat deze bescherming niet door de Staatssecretaris kon worden beëindigd op 4 september 2023. Op grond van de Richtlijn tijdelijke bescherming eindigt van rechtswege de tijdelijke bescherming van deze derdelanders wel op 4 maart 2024. Het is aan de SvJ&V om te bepalen in welke vorm hij dit aan de betreffende derdelanders meedeelt. Dit oordeel heeft geen gevolg voor de vraag of derdelanders in aanmerking kunnen komen voor een verblijfsvergunning op een andere grond, zoals asiel.